Lucas 1, 26-38 1 Koningen 19, 4-8 Mariahemelvaart

Misschien heb je vanochtend Maria gemist toen je een kaarsje bij haar wilde aansteken. Vanochtend is zij van haar gewone plek hier achter naar voren gekomen om hier in ons midden te zijn. In de aanloop naar Maria Tenhemelopneming komende week donderdag komen we vanochtend om haar heen staan.

In onze geloofsgemeenschap kijken we eigenlijk met een dubbel gevoel naar Maria. We voelen ons enerzijds bij haar geborgen, maar anderzijds willen we haar ook weer niet in zo’n zoetsappig licht stellen, zoals dat vroeger gebeurde. Nou, wat je ook over Maria wilt vertellen, maar zoetsappig is zij niet. Zij is in eerste instantie een vrouw die moedig ‘ja’ zegt tegen haar roeping. ‘Laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd’, zegt zij tegen de engel Gabriël. En we weten allemaal wat het haar uiteindelijk gekost heeft.

Zij is ook moediger dan de profeet Elia. Elia is ten einde raad. Hij heeft geijverd, hij heeft zijn best gedaan, maar het levert niks op. De mensen gaan gewoon door op de oude uitgetreden paden. Hij krijgt het niet voor elkaar, hij is moe. Hij gaat onder een struik liggen en bidt: ‘Het is genoeg geweest, Heer. Neem mijn leven, want ik ben niet beter dan mijn voorouders.’

Maria pakt het heel anders aan: eerst nog vraagt zij aan Gabriël: ‘hoe zal dat gebeuren? Ik heb immers nog nooit gemeenschap met een man gehad.’ Maar een tel later vertrouwt zij op haar roeping en zegt: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’

Hoe sterk zij is wordt ook verteld in de bijzondere legende van onze Maria van Goede Raad. Zoals je weet is onze icoon hier een afbeelding van het originele fresco in de kerk van Genazzano. Genazzano ligt iets ten zuiden van Rome en de kerk wordt al sinds 1356 door de Augustijnen bediend.

Volgens de legende was haar beeltenis eerst in Scutari in Albanië. Maar toen de Turken kwamen en het christelijke geloof verdrongen werd, vertelt de legende hoe twee mannen in 1467 zagen hoe de beeltenis door twee engelen van de muur werd afgenomen en door de lucht naar Italië werd vervoerd. De mannen volgden dezelfde route als de engelen en liepen droogvoets de zee over. En vanuit Genazzano wordt verteld dat tijdens de vespers op 25 april zich opeens een wolk vormde, en toen de wolk weer oploste verscheen het beeld uit Scutari op de muur van de Augustijnenkerk in Genazzano. – Sindsdien wordt Maria van Goede Raad door de Augustijnen vereerd, en staat Maria van Goede Raad ook onze kerkgemeenschap bij als zeg maar kind van de Augustijnen.

Ik vertel de legende graag. Niet omdat ik geloof dat het daadwerkelijk zo in het echt gebeurd is, maar omdat de legende wel een heel andere waarheid vertelt. Namelijk: hoe kordaat Maria haar roeping oppakt. Ze vertrouwt op haar roeping, als het nodig is steekt zij daarvoor de zee over. Geen weg is haar te ver.

Dat zou je ook graag willen kunnen. Zo goed weten wat jouw roeping is, en zoveel vertrouwen opbrengen. In plaats daarvan kan ieder van ons veel beter meevoelen met Elia. Ook al ruik je even de geur van vers brood, toch ga je dan liever weer onder de struik liggen.

En ook als geloofsgemeenschap. Elke zondag ruiken wij de geur van vers brood en delen we de kruik met verkoelend water wat smaakt als wijn. Telkens weer zegt de engel tegen ons: ‘Sta op en eet wat.’ En ja, hoe graag zouden we zo sterk willen zijn als Maria, maar vervolgens wordt het ons allemaal teveel en gaan we net als Elia weer onder de stuik liggen. Ja, als we wat meer perspectief hadden, als we wat zekerder konden zijn van de toekomst. ‘Sta op en eet wat,’ zegt de engel, ja maar ‘hoe zal dat gebeuren?’

En opnieuw zegt de engel: ‘sta op en eet wat.’ En uiteindelijk staat Elia op. Hij heeft geen idee waar de roeping hem brengen zal. Maar gesterkt door het voedsel vat hij weer vertrouwen en loopt hij veertig dagen en nachten door de woestijn, God tegemoet, naar de Horeb, de berg van God. En Maria zegt: ‘De Heer wil ik dienen: laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd.’

Allebei vertrouwen zij op hun roeping, en zowel Elia alsook Maria worden uiteindelijk ten hemel opgenomen. Niet als beloning voor hun verdiensten, maar omdat zij ook al de hemel naar de aarde hebben gebracht.

‘Sta op en eet wat,’ zegt de engel. Vertrouw op je roeping zegt Maria. Dat zegt ook onze Maria van Goede Raad, voor wie geen weg te ver is, en die via vreemde wegen uiteindelijk ook ons opgezocht heeft. En als we weer een kaarsje bij haar branden moge zij ons dan telkens weer moed inspreken: vertrouw op je roeping.

Ekkehard Muth, 11 augustus 2024