Johannes 8, 1-11 Jesaja 43, 16-21
Uit onderzoek blijkt dat er in landen met meer sociale cohesie minder corona-doden zijn gevallen. Dus onafhankelijk van vaccinatiegraad en onafhankelijk van de kwaliteit van de gezondheidszorg, hoe meer de mensen bereid zijn om zich omwille van de ander aan regels te houden, dus hoe meer gemeenschapsgevoel hoe minder corona-doden.
Het Sociaal Cultureel Planbureau heeft vastgesteld dat meer dan de helft van de mensen in Nederland leeft zonder een kader wat je met elkaar deelt. Men heeft wel zin in het leven, maar het leven zelf heeft geen zin. Men doet weliswaar vrijwilligerswerk, maar het is voornamelijk werk wat jouzelf of je eigen kinderen ten goede komt, bijvoorbeeld op de voetbalclub van je kinderen. Het vrijwilligerswerk waarvan alleen de ander beter wordt, bijvoorbeeld bij de voedselbank of voor vluchtelingen, dat wordt gedaan door mensen die religieus en gelovig zijn.
Kortom, we delen dus niet meer een gemeenschappelijk kader. We delen niet meer iets wat ons gezamenlijk overstijgt. – Als je religieus bent, of dat nu christelijk is of buddhistisch of islamitisch of hoe dan ook spiritueel, dan leef je in een kader wat groter is dan jijzelf. En dan ben je ook automatisch op de ander gericht, want je bent samen met de ander onderdeel van een groter overstijgend geheel.
Misschien is het dat wat Jezus op de grond schrijft. Misschien schrijft hij het kader op wat ook al Jesaja heeft aangereikt: ‘ik baan een weg door de zee, de geweldenaars worden als een kwijnende vlam gedoofd, ik schep water in de woestijn, en ik laat je drinken.’ – En hij zegt: ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.’ – In ons gezamenlijk kader, tegenover het overstijgende, in ons geval tegenover God, ben jij niet beter dan de ander. Jullie willen haar stenigen, maar jullie hebben blijkbaar niet door dat jullie voor God toch zo met elkaar verbonden zijn. En hij schrijft verder met zijn vinger op de grond: Is dit niet het kader waarin wij mogen leven?
Zoals Poetin met zijn militaire macht Oekraïne aanvalt omdat zij overspel pleegt met het westen, zo sleuren ze de vrouw naar Jezus. En zoals Poetin denkt dat Oekraïne zich moet voegen in het idee van één groot-slavisch rijk, zo vinden zij dat de vrouw volgens de oudtestamentische wetten gestenigd dient te worden.
Maar Jezus reikt dus een heel ander overstijgend verhaal aan. Niet een kader waarin je het leven afsnijdt, maar een kader waarin je altijd leven mogelijk maakt. Zoals ook hij zelfs nog in de dood leven mogelijk zal maken. ‘Heeft niemand u veroordeeld?’ vraagt Jezus, ‘Niemand, heer,’ zei de vrouw. ‘Ik veroordeel u ook niet,’ zei Jezus. Ga naar huis en leef.
En datzelfde kader schetst ook Jesaja. Israël zit in ballingschap. Het leven wordt aan alle kanten beknot. Hun godsdienst is verboden, maar de levensbeschouwing van de Babyloniërs biedt ook geen overstijgend perspectief. Midden in deze uitzichtloze spirituele woestijn doet Jesaja de luiken open en zegt: Herinner je aan het verhaal waarin wij leven. Kijk weer naar het kader wat jezelf overstijgt. Zie hoe je leven ondanks alles ingebed is in God.
En het kader is dat jouw leven één grote tocht is naar de vrijheid. Een tocht door de woestijn, weliswaar, maar uiteindelijk is het een tocht naar het leven. – En hij noemt het allemaal op: God heeft jullie een weg gebaand door de zee. Het hele leger van de geweldenaars – ‘daar lagen ze, ze stonden niet meer op’. Blijf niet staren op wat vroeger was, laat je niet verlammen door wat jou aangedaan wordt, de wilde dieren die jou willen verzwelgen, zij zullen mij eer bewijzen. ‘Zie, ik ga iets nieuws verrichten, nu ontkiemt het, heb je het nog niet gemerkt?’ Jij bent voor het leven bestemd. Uit de verschroeide aarde ontspringen rivieren, ‘ik schep water in de woestijn’, en ik laat jou drinken.
Dat laatste is sowieso hét beeld van het nieuwe leven: drinken. Midden in de woestijn, midden in de geestelijke woestijn, midden in de ballingschap, in welke woestijn jouw leven ook verkeert – ‘ik laat jou drinken.’
Men heeft wel zin in het leven, maar het leven heeft geen zin, concludeert het Sociaal Cultureel Planbureau. – Doe mij dan maar het kader wat Jesaja en Jezus aanreiken. Doe mij dan maar het kader waarin ik iets over heb voor de ander, met minder corona-doden, omdat wij met z’n allen bestemd zijn om te leven.
Doe mij dan maar het verhaal waarin we elkaar tot het uiterste toe het leven mogelijk maken. Waar we elkaar helpen op onze weg door de woestijn; waar we, oorlog of niet, corona of niet, moedig blijven gaan; waar we elkaar niet loslaten, ook al wordt het nog zo goede vrijdag in ons leven.
Misschien is het dat wat Jezus op de grond schrijft: Jij bent bestemd om te leven.
Ekkehard Muth, 3 april 2022